Optimale positie van het scharnierpunt van een klapschaats

De effectieve voetlengte van een klapschaats

Er zijn verschillende onderzoeken gedaan naar de optimale positie van het scharnierpunt van klapschaatsen. Geen van de experimenten heeft een eenduidig antwoord kunnen geven op de vraag wat nu optimaal is. Het is gebleken dat het per persoon verschilt bij welke plaatsing van het scharnierpunt de schaatser de meeste energie levert in zijn afzet.

In de onderzoeken spreekt men van een effectieve voetlengte welke de beste positie van het scharnierpunt bepaald. Hiermee wordt bedoeld de horizontale afstand van het hart van je enkelgewricht tot het scharnierpunt.

De meest effectieve voetlengte (L-effectief) schommelt rond de 63% van de totale voetlengte (L-totaal). Een Cádomotus Balance of Pressure schoenmaat 42 is 270mm lang en daarbij hoort dan een gemiddelde effectieve voetlengte van 170mm. Echter zou dit voor de ene schaatser met schoenmaat 42 best 160mm kunnen zijn en voor de andere schaatser juist 175mm. De 63% is slechts een richtlijn en geeft aan hoe complex de schaatsafzet is.

De onderstaande tabel geeft de maat in centimeters met bijbehorende EU-schoenmaat als referentie in de 2e kolom. In de 3e kolom staat de bevestigingsafstand tussen de montagepunten, deze geldt voor de Cádomotus Balance en Pressure schoenen.

Verstelbaarheid van schaatsen is belangrijk

Het is dus belangrijk dat de schaatsschoen verstelbaar is op het klapschaatsonderstel. Schaatsers zullen hiermee moeten experimenteren om de juiste effectieve voetlengte te kunnen vaststellen. 

Op de Cádomotus R304 en R980 ijzers passen altijd twee maten beugels. Daarmee bieden de Cádomotus klapschaatsen meer verstelmogelijkheden. Tevens kunnen er meer verschillende maten schoenen op één schaatslengte. Waarom dat belangrijk is lees je hier: Je lichaamslengte als uitgangspunt voor de lengte van je schaatsijzers

Verrichtte onderzoeken naar de optimale positie van het scharnierpunt van een klapschaats.

1) de Koning JJ, Houdijk H, de Groot G, Bobbert MF, From biomechanical theory to application in top sports: the Klapskate story.Journal of Biomechanics  2000; 33:1225-1229

2) Houdijk  H, de Koning  JJ, de Groot G, Bobbert MF  & van Ingen Schenau GJ, Push-off mechanics in speed skating with conventional skates and klapskates. Medicine and Science in Sports and Exercise, 2000; 32, 635-641.

3) van Horne S and  Stefanyshyn DJ, Potential Method of Optimizing the Klapskate Hinge Position in Speed Skating. Journal of applied Biomechanics, 2005; 21: 211-222

Wil je als eerste op de hoogte zijn van de nieuwste Cádomotus producten? Ben je nieuwsgierig hoe wij dingen aanpakken, of wil je weten wat de redenen zijn om voor een bepaald Cádomotus product te kiezen? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief